Moe zijn we aangekomen in Windhoek. De plek waar we Sauf naar de autodokter brengen om vertroeteld te worden en onszelf klaar te maken voor de laatste 2,5 maand van de reis. Deze 2,5 maand hebben we ingepland om te herstellen. In de letterlijke zin van het woord. Om eerlijk te zijn. Ik ben er slecht aan toe. Ik zeg het maar zoals het is. Dankzij mijn achtergrond in de psychologie weet ik precies wat er met mij aan de hand is. De signalen die ik herken zijn dezelfde signalen als overspannenheid of burn out. Mijn energielevel is beneden nul, ben moe maar slaap slecht, heb een spanningsboog van nul en geduld heb ik niet meer. Ik irriteer aan alles wat anders gaat dan ik hoop dat het gaat. 

Bij ons appartement zit een heerlijk zwembadje met uitzicht.


We hebben voor een week een klein appartement gehuurd om even niet in de daktent te slapen. De rust keert langzaam terug maar niet zoals ik had gehoopt. Deels door spanning over hoeveel ‘gerepareerd’ moet worden aan Sauf en, ga ik snel genoeg herstellen om nog te kunnen genieten van onze reis. Teven blijft de gedachten spoken; hebben we wel de beste keuze gemaakt om de west kust van Afrika te doen. Een vraag waar we het antwoord nooit op zullen krijgen. Deze reis ben ik alleen niet gaan maken om er slechter uit te komen dan erin te gaan. De voortdurende blootstelling aan corruptie, fraude en discriminatie zorgt voor mij een gevoel van onveiligheid. Het gevoel van onveiligheid wil ik oplossen maar dat lukt niet. Gelijke behandeling in West-Afrika is lastig. En dat is ook logisch. Met name de toekomstperspectieven en financiële verschillen zijn te groot. En ik? Ik merk dat ik niet tegen de hoeveelheid corruptie, fraude en discriminatie kan. We zijn allemaal mensen, we hebben allemaal water en voedsel nodig en onze poep stinkt allemaal even hard. Maar in West-Afrika is dat gewoon anders. Voor hun zijn wij de mensen die alles kunnen en mogen doen. Ze gaan er ook vanuit dat ze door ons geholpen worden. Het heeft mij dan ook geraakt om elke dag mensen ‘af te wijzen’. Wat ik Hiermee bedoel is nee zeggen tegen het bedelen, nee zeggen tegen producten die we niet nodig hadden, nee zeggen tegen buitensporige dure producten die werden aangeboden en nee zeggen tegen mensen die denken dat wij hun naar Nederland kunnen helpen. En zo kan ik nog wel doorgaan. Op een dag was het heel veel mensen afwijzen door “nee” te zeggen. 

Met een andere overlander van de West kust gaan we in windhoek samen lunchen. Een mooie man met veel levenservaring. Hij heeft een zware beproeving gehad tijdens het reizen langs de West kust maar hij geniet nog steeds van het reizen. Hij legt mij uit dat het reizen langs de west kust niks anders betreft dan het los laten van de controle die wij altijd denken te hebben. Hoe simpel het klinkt, voor mij slaat het de spijker op zijn kop. In west Afrika heb je niks te controleren. Het overkomt je allemaal. Anders gezegd. Je moet het je laten overkomen. Bij de politie heb ik geleerd dat je door na te denken en vooruit te denken je controle kan hebben over elke gevaarlijke situaties waar je ook terecht in komt. Dat was mijn houvast. Maar in West-Afrika is dat niet zo. De Taalbarrière, cultuur verschillen, inkomsten verschillen en corruptie maken dat ik meer dan zes maanden uit mijn comfort zone ben geweest. Dat is een lange beproeving. De komende 2,5 maand hoop ik hierop te kunnen reflecteren en veel waardevolle momenten uit te halen voor de toekomst. 

Als we op vrijdag Sauf ophalen zeggen Lis en ik tegen elkaar; “ de vakantie kan beginnen”. De reparaties aan Sauf vallen gelukkig mee. Volgens de garage is de auto in zeer goede staat. Die steken we in onze zaak.

Sauf krijgt een schoonmaak beurt en pakken we weer in

We pakken Sauf weer in. Alles is schoon en zijn er klaar voor om weer verder te reizen. Voor we af gaan reizen naar Botswana gaan we nog een nachtje kamperen in Windhoek. Samen met een anders Nederlands gezin, de familie Boon met drie kinderen en de eerdergenoemde overlander gaan we aan de braai. Wij doen de boodschappen. Om de hoek waar we verblijven zit een klein winkelcentrum met supermarkt. We parkeren Sauf bijkant voor de deur, geven aan dat de parkeermannetjes onze auto mogen beveiligen en duiken de supermarkt in. Met een kar vol en goede moet voor de braai lopen we naar de auto. Ik wil de auto open klikken maar ik zie dat er iets niet klopt. Het linker achterraam ligt eruit. De krachttermen vliegen rond. De beveiliger komt kijken en zegt gelijk dat hij niets gezien heeft. Hij zweert op de bijbel. Dat zweren op de bijbel betekend niets dus ik vraag of hij gelijk weg wil gaan. Ik heb niet zo veel zin in pottenkijkers. Toch komen er meer en meer mensen kijken. Terwijl wij onze schade bekijken komen ook andere dakloze kijken en vragen gelijk om geld. Het schiet bij mij in het verkeerde keelgat. Zijn ze nu echt zo dom? Iedereen die nu bij onze auto staat heeft gezien dat er is ingebroken en er spullen zijn meegenomen. Waarom ga je dan vragen om geld als iemand net is bestolen? Het zal wel aan mij liggen. Iemand anders vraagt of hij het gebroken raam mee mag nemen. Het raam is gebroken en in zijn geheel uit de sponning gehaald. “Neem maar mee als jij er nog iets mee kan” De man krijgt een grote glimlach. 
Het eerste wat we missen is Lisa haar rugtas. In deze tas zat ook een deel van ons cash geld wat we achter de hand hebben als we worden overvallen. Later komen we achter dat ook de losse GPS en kleurlenzen van onze camera in deze tas zaten. Samen met de nieuwe ruit komt dat op een reken soms van €1000,- lichter. Gezien ik al niet in de beste stemming was, kan dit er ook nog wel bij. Het politiebureau is op 300 meter van waar onze autoruit is ingeslagen. We worden netjes geholpen. Kan niet anders zeggen. De aangifte wordt opgenomen en kunnen we maandag ophalen. Vermoeid komen we aan op de camping. 
In Windhoek hebben ze ook een soort slachtofferhulp / buurtpreventie. De persoon die vandaag dienst heeft blijkt een Nederlandse te zijn. Ze komt ons opzoeken op de camping en biedt aan ons bij te staan waar nodig. Een mooie service die ik niet had verwacht. We plakken de ruit af en genieten met ze allen van de braai. 

Rechts ligt de ruit nog op de grond terwijl we kijken wat er is gesloten.
Lekker provisorisch dichtgeplakt 😉

De volgende dag blijven we bij de auto hangen. Ondanks dat de camping goed beveiligd is kan men zo in de auto. Geen veilig idee. We hangen wat rond, ik schrijf aan mijn blogs. We zwaaien de familie Boon uit die richting Botswana gaat koersen. Wij blijven met een gemengd gevoel achter. 

Op maandag kunnen we de aangifte ophalen. Dat staat als eerste op de planning. Eenmaal bij het politiebureau blijkt onze aangifte naar een andere bureau te zijn gegaan in het centrum van de stad. Zijn we niet heel blij maar het is niet anders. We rijden door, we gaan terug naar de garage waar we vrijdag Sauf hebben opgehaald. Via de app hadden we al contact gehad en mogelijk had hij nog een raam liggen die past. En ja! Hij heeft het raam liggen dat past. Hij heeft alleen geen tijd om het te plaatsen. Een collega bij een andere garage heeft wel tijd. We rijden door. De collega garage ziet er ook piekfijn uit. We worden gelijk geholpen. Tevens kunnen ze het raam ook blinderen. Scheelt ons weer een tussenstation. Een uurtje later zit er een nieuwe ruit in geblindeerd en al.

De nieuwe ruit wordt er weer ingezet.
Het eindresultaat.

Op naar het volgende, de aangifte ophalen. Het bureau is lastig te vinden. We zoeken ons scheel. Het blijkt dat we er al langs zijn gereden. Je hebt van die dagen… We geven aan graag een kopie te willen hebben van de aangifte. Dit schijnt erg moeilijk te zijn. Waarom? Geen idee? Na wat leuren blijkt het toch te kunnen en wordt er iemand op pad gestuurd. We wachten meer dan een uur op een kopietje! Soms…. Afijn, als we het hebben trakteren we onszelf op een goede lunch en gaan door naar de ene laatste stop voor vandaag, belasting terugvragen. We hebben in Namibië veel uitgegeven en kunnen daarover de belasting terugkrijgen. Her en der hadden we informatie opgevraagd waar het kon, elke keer was het antwoord, bij het vliegveld. Aangekomen bij het vliegveld vinden we snel het kleine hokje waar het verzoek kan worden ingediend. Het antwoord is snel en duidelijk. Dat kan hier niet. Jullie gaan met de auto het land uit en dan moet je niet op het vliegveld wezen. De uitleg dat we bij verschillende instanties hebben gevraagd en op internet hebben gelezen dat het hier kan, doet haar niet veranderen in haar mening. Het antwoord blijft nee. Waar het wel kan? In windhoek zelf. Daar hebben we geen zin in. We rijden wel door. 

De aangifte.

We maken nog enkele kilometers voor onze uitbestemming bereiken van deze dag. We staan voor een hek maar komen de camping niet op. Er komt een auto aan rijden en die opent voor ons het hek. We rijden het terrein op. Bij de receptie aangekomen worden we niet al te vriendelijk ontvangen. Er is plek dus we kunnen er overnachten. De onvriendelijkheid in combinatie met plek maakt dat we afzien van deze plek. Ik vraag de man wat maakt dat hij op ons onvriendelijk overkomt. Hij gaf een duidelijk antwoord: ‘omdat het zo is.’ Eerder hadden we al gehoord dat Namibiërs kort door de bocht kunnen zijn. We maakte er nu ook kennis mee. Vijf kilometer verderop worden super vriendelijk ontvangen en krijgen we een mooi plekje. Dat maakt de beleving toch anders. 

Een mooi plekje met een struisvogel die ons in de gaten houdt.

We rijden naar Botswana. De grensovergang gaat soepel. We worden getest op Corona middels een vragenlijst en meten onze temperatuur. Corona begint nu ook steeds meer in Afrika door te dringen. Alles is  in orde en we krijgen een stempel in onze paspoort, tikken de wegenbelasting en verzekering af en rijden verder. We kiezen voor een wildcamp en dat bevalt ons meer dan uitstekend. In het begin van de avond komt de boer langs. We staan op de weg naar zijn boerderij. Hij vindt het leuk dat we er staan en wenst ons een goede nacht. 

We rijden naar de stad waar we ons toegangsbewijs voor het national park, Kalahari kunnen halen en kopen voor de zoveelste keer een nieuwe sim kaart. Voelt toch goed om bereik te hebben. De man vraagt ons meerdere malen of we zeker weten dat we vandaag Kalahari in willen. Ja, waarom niet? Daar geeft hij niet echt een antwoord op. Later ontdekken we waarom hij het zo vaak vraagt. Het is een ver en lastig stuk rijden. Hij pleegt enkele telefoontjes, adviseert ons om onze dieseltank vol te gooien en genoeg water mee te nemen. We luisteren braaf en zo hobbelen we richting de zuidelijke ingang van de Kalahari. De eerste kilometers gaan voorspoedig. De weg wordt alleen steeds slechter en het zand muller. Sauf krijgt het steeds zwaarder. Het zand wordt zo mul dat Sauf vastloopt. We laten de banden leeglopen. Met banden op lage bandenspanning gaat de reis weer voorspoedig maar komen we veel later aan dan gepland bij de poort. De rangers zijn op de hoogte dat we komen en willen gelijk al het papierwerk in orde brengen. Gezien het tijdstip, het is rond 16:00 uur, vinden we het niet handig om nu nog het park in te gaan. Wij geven aan graag een nacht wild te kamperen voor de ingang. Geen enkel probleem. Voor de poort krijgen we een plekje aangewezen en we mogen gebruik maken van hun faciliteiten, het is niets meer dan een betonnen blok waar vroeger een douche en wc was geweest maar nu niks meer werkt. De watervoorziening is een grote stalen ton. Helaas was deze ton niet geheel vergevingsgezind. Een uil had getracht water te drinken uit deze ton maar was er niet meer uitgekomen en heeft daardoor het heden voor het eeuwige verwisseld. Jammer dat wij het ontdekte en dat we daardoor ook geen water hadden om onszelf te verfrissen. 

Veel mul zand om door te ploegen!

Gepost door:Sauf2Africa

3 reacties op “Het laatste stuk ‘normaal’ reizen.

Plaats een reactie

Deze site gebruikt Akismet om spam te bestrijden. Ontdek hoe de data van je reactie verwerkt wordt.