De komende dagen willen we bijtanken voor we Kameroen in duiken. We zitten op 1500 meter hoog wat zorgt voor een zeer ontspannen klimaat. We zien sinds lange tijd weer blauwe lucht en krijgen vlagen schone frisse berglucht binnen. Helaas blijft iedereen in dit dorp alles verbranden waar wij ook van mee mogen genieten.


Op onze eerste rustdag wil ik kijken wat er allemaal aan Sauf moet gebeuren. Het roofrack moet gemaakt worden en ik wil kijken waar het geklapper linksvoor bij het voorwiel vandaan komt. Dat wordt steeds erger en voelt niet goed. Het klinkt inmiddels als een auto uit Nigeria, wat we liever niet hebben. Ben heeft al wat dagen achter de rug in het hotel omdat hij aan het wachten is op een nieuwe koppeling uit Engeland. Een van zijn nieuwe vrienden is de plaatselijke timmerman die ons kan helpen met het repareren van het roofrack. Ben vraagt om de timmerman en er komen er drie. Wat wil je nog meer? Ik leg uit hoe ik het graag gerepareerd wil hebben. Ze snappen de oplossing en gaan opzoek naar een stalenplaat waarmee het roofrack aan elkaar gezet kan worden. Er blijkt zelfs een boor aanwezig te zijn in het hotel. Vol passie gaan de drie mannen aan de slag. Al snel is mij duidelijk dat ze elkaar van de wal in de sloot helpen. Alle drie hebben ze een ander idee hoe de plaat vastgezet moet worden. Ik vraag om het zelf te doen en verzoek om de boor. Dat mag niet. Zij willen het doen. Fanatiek begint nummer 1 in het roofrack te boren. Aan de boor zie ik dat het weinig kans maakt, een houtboor gaat niet door aluminium. Als hij boor één naar zijn grootje heeft gedraaid geeft nummer 2 aan dat het misschien handig is om een stalen boor te gebruiken. De boren worden verwisseld en zowaar, het eerste gat zit in het roofrack. Hij is alleen te klein. Nummer 3 komt met een aanvulling, ‘nu de boor gebruiken in het formaat van de schroef’. Ik laat de schroef zien en ze gaan zoeken naar het juiste formaat. Er wordt wederom een nieuwe, grote boor geregeld, een houtboor. Daarmee lukt het prima om het gat groter te krijgen, in hun optiek. In mijn optiek gaat er weer een boor naar het einde van de wereld. De druppels zweet van inspanning druipen op de grond. Mijn spanning of het allemaal goed gaat begint steeds meer te stijgen. Er zit namelijk een stagnatie in het proces. De vraag is namelijk; als je twee van de vier gaten hebt geboord, hoe zorg je er dan voor dat de ander twee op de juiste plek komen? De metalenplaat met vier gaten als mal gebruiken was nog niet in ze opgekomen. Het jammere is dat tijdens deze discussie de motoriek van man nummer 1, met de boor in zijn hand werd verstoord. Dit resulteert in een kras op de deur die later professioneel weggewerkt moet worden, dwars door alle laklagen heen. Een sorry kan er nog net van af maar hij snapt niet zo goed waar ik mij druk om maak. Het is maar een kras. Als het eerste gat op het juiste formaat is pak ik de bout om te kijken of hij past, helaas. Het gat is te klein. Ik pak een kleiner formaat bout, dat is makkelijker dan te vragen het gat groter te maken. Na een uur zwoegen door drie man zit de stalenplaat die het roofrack bij elkaar moet houden erop. Voor de verandering vragen ze niet om geld omdat ze inmiddels beseffen dat de kras toch wel erg diep is.

Als ik weer voldoende energie heb, werken blijft vermoeiend, kruipen Lino en ik onder de auto om te kijken waar de geluiden vandaan komen. Langverhaal kort, de kogel van de wielophanging is compleet versleten en dient vervangen te worden. Kameroen zullen we nog wel halen maar daarna is het wijsheid om het zo snel mogelijk te vervangen. Toch handig zo’n monteur!

We verblijven in totaal drie nachten in Gembu. We hangen wat rond, spelen tafeltennis, koken wat, houden Ben en Roderik gezelschap en ik neem rust. De spanning van de afgelopen dagen zit nog in mijn lijf en komt er langzaam uit. Ik voel me niet echt ziek maar topfit helemaal niet. De temperatuur is ideaal om overdag ook horizontaal te gaan. Op deze manier is het mogelijk om wat rust momenten te pakken. We gaan dan ook niet van het terrein af waar we staan. We zijn even mensen moe en vinden het wel prima zo.

De weg die voor ons ligt zal een pittige zijn. Het is dwars door de bergen van Nigeria en Kameroen. Het is zal twee dagen rijden zijn en veel stofhappen. Tussendoor moeten we een rivier oversteken en onszelf Nigeria uit zien te rijden. Eerder hebben we er niet zo naar uit gekeken om een land te verlaten. We staan letterlijk te popelen om Nigeria uit te kunnen. Weg van het land waar niemand elkaar vertrouwd, iedereen elkaar een poot probeert uit te draaien, waar corruptie zijn hoogtijd dagen heeft en waar zich eigenlijk niemand meer veilig voelt. Het is verbazingwekkend hoe veel Nigerianen ons gevraagd hebben om hen te helpen Nigeria uit te komen. Als ze niet om geld vroegen was het wel of we ze konden helpen om het land uit te komen. Even mijn visie over Nigeria kort door de bocht: Nigeria is zo’n verscheurd land door de corruptie en zo ver weg gedreven van hun eigen trots dat ik mij afvraag hoe het hier over vijf of tien jaar zal zijn. Het kan niet anders dan dat een keer de bom moet barsten. Er worden 200 miljoen Nigerianen onderdrukt door een paar duizend corrupte ambtenaren. Het volk laat het ‘nog’ over zich heen komen als makke schappen maar er hoeft maar 1 Martin Luther King te zijn die daar verandering in weet te brengen en het is bingo. Ik hoop dat hij zo vreedzaam is als Martin het in Amerika kon, maar ik vermoed dat dit niet het geval zal zijn. Mij zien ze niet meer terug in Nigeria. Een land waar ik mij altijd onveilig heb gevoeld, ondanks de goede mensen die wij hebben mogen ontmoeten. Meer wil ik er eigenlijk niet over kwijt.

Om het ons makkelijker te maken laten we onszelf in Gembu al uitstempelen. Het is 40 kilometer voor de grens, maar dan hebben we dat in alle vroegte vast gedaan. En, het zal niet verbazen, de grenspost op de grens tussen Nigeria en Kameroen is een bekende corrupte grenspost. We zwengelen Sauf na drie dagen rust weer aan en gaan richting de immigratie. Het is even zoeken naar de juiste kantoortjes, in mijn optiek zitten ze onlogisch buiten het dorp, maar de mannen zijn er allervriendelijkst. Zonder al te veel vragen wordt Sauf uit gestempeld en niet veel later ook wij. De rit door de bergen kan beginnen.
Na iets meer dan een uur hobbelen komen we aan bij de rivier die niet op het verlanglijstje van Lino staat. Het water van de rivier staat op dit moment op zijn laagst, lang leven het droogseizoen, maar de vraag is of het laag genoeg is voor Afrex. Die heeft namelijk geen aanpassingen voor het oversteken van een rivier. We worden warm verwelkomd door verschillende mannen die ons op alle mogelijke manier willen helpen met de oversteek. Dat willen we niet. De bedragen die we hadden gehoord voor het oversteken van de rivier verschilde tussen de €12 en €25 euro per voertuig. Gezien het water zo laag staat hebben we geen hulp nodig maar daar is hier moeilijk aan te ontkomen. Dat wordt uiteraard onderhandelen. We willen pas onderhandelen als we de rivier over zijn. Wij gaan als eerst. Rustig hobbelen we over de kiezels van de rivier. Het water staat inderdaad laag. Het laatste stukje was iets dieper maar schokkend was het niet te noemen, voor Sauf dan. Als we wiel aan wal zetten worden we gelijk ontvangen door het financiële ontvangstcomité.



We krijgen niet de mogelijkheid om rustig uit te stappen en foto’s te maken van Afrex. We moeten bijna schreeuwen dat ze ons even de ruimte moeten geven om te kijken hoe Afrex het doet en dat we er financieel wel uitkomen. Als Afrex aan zijn overtocht begint zie ik waar Lino bang voor was. De hoogte tussen het water en zijn luchtinlaat laat weinig ruimte over. Bij het diepste stuk punt hing het erom. Iets meer gas en het water was ze lucht inlaat ingegaan. Maar het ging goed. Eenmaal aan de overkant wordt ook Afrex ook ontvangen door het financiële ontvangstcomité. De ruimte om even op adem te komen geven ze je niet. Bij Lino gutst het zweet nog van zijn voorhoofd. Deze weg was de enige weg uit Nigeria, als het niet kon hadden ze een probleem. Met deze gedachten een rivier in rijden waarvan je niet helemaal zeker weet of het kan is dan spannend. Als alle emoties gedaald zijn tot een Nigeriaanse rivier in het droogseizoen gaan we in gesprek met de mannen. Er staan een stuk of tien en verderop nog eens vijf. We geven aan dat we niet de voorkeur hebben om in geld te betalen, liever betalen we helemaal niet omdat we hun ‘expertice’ niet gebruikt hebben. Sterker nog, het was leuker geweest zonder hun! Maar dat is nu eenmaal niet zo. Wat we ook uitleggen, geld, geld, geld, geld, geld, geld is waar het om draait. Is het niet voor de overheid dan wel voor de gemeenschap. Ze willen hier nog sneller hun geld verdienen met niets doen dan onze vriend Andy. Gelukkig hebben Lino en Olivia nog een kapotte opklap tafel mee. Deze is gesneuveld tijdens een storm maar hebben ze nog altijd bij zich. Olivia doet een poging om de mannen uit te leggen hoe de tafel werkt en laat op een tactische wijze zien dat de tafel nog goed bruikbaar is. Alles in Nigeria is altijd kapot dus ik denk dat ze weinig verschil zien tussen heel en kapot. Werkend is de tafel nog wel. Als lerares kan Olivia het niet laten om nog even wat kennisoverdracht toe te passen. Ze legt de mannen uit dat ze een verkeersbord neer dienen te zetten, het liefst in het dorp, dat er betaald moet worden voor de rivier oversteek en een bedrag erbij. Dan hebben ze nu de tafel om op te schrijven wie er allemaal voorbijkomen en hoeveel ze betaald hebben. Dan hebben ze alleen nog pen en papier nodig om de registratie bij te houden zodat de verdiensten eerlijk verdeeld kunnen worden. Mooi plan, duidelijk onuitvoerbaar voor hier. Uiteindelijk is 50% zeer blij met de tafel en 50% totaal niet. De belangrijkste man van de groep, die op zich best aardig was, is er blij mee en geeft het sein dat we mogen doorrijden. We kunnen eindelijk naar de echte grens!


Er hangt minder vervuiling in de lucht en de scheelt aanmerkelijk in het zicht. De route die we rijden is prachtig. Hier zijn we voor gaan reizen. Naast het leren van verschillende culturen ook genieten van wat moedernatuur heeft gemaakt. De route is pittig, lees; je hebt 4×4 rijervaring nodig om ongeschonden deze etappe te rijden maar ik geniet ervan. Een beetje uitdaging tijdens het rijden kan geen kwaad.


Uit het niets veranderd de uitdagende slechte weg in een mooi egale gravel weg. We zijn in Kameroen! We geven de box. We moeten nog een paar kilometer slingeren over de weg voor we bij de grenspost komen. Daar aangekomen is de man teleurgesteld dat we al zijn uit gestempeld. Officieel zou het niet mogen. Ja ja, we snappen het. Er moeten nog papieren worden ingevuld en dan zijn we er van af. Wanneer hij vraagt wat mijn beroep is lijkt het mij handig om mijn oude beroep nogmaals in te zetten als troef. Dit keer een verkeerde gok. “Als je een politieagent bent had je nooit een visum voor Nigeria gekregen. Wij vertrouwen in Nigeria geen politieagenten van andere landen. Die komen hier alleen maar om mensen te vermoorden. Als je nog in dienst was had ik je nu moeten arresteren, in de cel moeten zetten, terugbrengen naar je Ambassade zodat zij kunnen uitleggen wat jouw rol hier was in Nigeria.” Dankzij de stikkers van Sauf en rustig luisteren naar zijn preek weten we hem te overtuigen dat ik niet meer bij de politie werk en hij zich geen zorgen hoeft te maken over politie mensen die mogelijk moorden plegen. De stempels hoefde hij niet meer te zetten alleen nog even de slagboom open te doen. We zijn Nigeria uit!!!
Wat zullen jullie opgelucht zijn dat je Nigeria uit bent.
En iedereen die met jullie meeleven natuurlijk ook.
LikeLike
Goed dat jullie nu uit Nigiria zijn, als ik het allemaal zo heb gelezen is het zeker niet veilig, op nu naar Kameroen. De tocht door de bergen zag er wel mooi uit
LikeLike
Pfff……. gelukkig 😊😘❤
LikeLike